dinsdag 31 juli 2007

Stress

Soms is het wel fijn om niet zo goed iets te kunnen. Want als je het dan wel goed doet, zomaar, opeens, dan wordt je daar weer blij van.
Bijvoorbeeld ik & mijn autorijden.
Ik was gisteren in een slecht humeur, snel geïrriteerd, gewoon een negatieve dag dus. En echt goed, echt goed rijden kan ik natuurlijk nog lang niet.
Enfin, ik reed naar de sportschool - had weinig zin, en er was één parkeerplek available. Fileparkeren bedoel ik, op een redelijk drukke doorgaansweg.
'Dit zal ook wel mislukken,' dacht ik somber, maar het ging perfect! Bandjes 2 centimeter van de stoeprand vandaan, prachtig, in ene keer in- en uitgedraaid, goed gelet op het overige verkeer, niet te lang getreuzeld, kortom: briljant.
Trots stapte ik de sportschool binnen: ik zou er 'es effe flink tegenaan gaan!

maandag 16 juli 2007

Bang voor onweer

Ik ben bang voor onweer. En aangezien het de laatste tijd nogal vaak onweert, ben ik dus vaak bang. Ik ben al sinds mijn 18e bang voor onweer, en dat terwijl de meeste mensen juist na hun 18e, of veelal eerder, niet meer bang zijn voor onweer. Nou, vroeger vond ik angst voor onweer iets voor watjes, en vomd ik het juist stoer om in de warme zomerregen buiten te staan, donder en bliksem trotserend.

Maar toen kwam dag waarop ik definitief bang werd. Ik werd door het meest angstaanjagende onweer op de meest angstaanjagende plaats getroffen: hoog in de bergen, met het hoogste punt vlakbij: een met staaldraden gezekerd rotsmassief. De regen kwam met bakken naar beneden, veranderde in hagel, eerst kleintjes, toen grotere hagelstenen. Binnen twee uur was de temperatuur van twintig graden tot net boven het vriespunt gezakt. Tellen tussen donder en bliksem kon niet meer, het kwam tegelijk, dus dat betekende dat we er echt middenin zaten. Zowel horizontaal, als vertikaal. De bliksem was zo dichtbij dat 'ie niet meer wit was maar rood, en hij flitste horizontaal langs ons. En we moesten nog zo'n end... klimmen langs ijzer, lopen, over het zadel (een zadel is een zadelvormig stuk landschap in de bergen dat gevaarlijk is met slecht weer en vooral met wind, omdat de wind door de vorm van het landschap sterk kan versnellen). Over dat zadel stond zo'n extreme wind dat we niks anders konden dan hand-in-hand kruipen.

Twaalf uur na vertrek uit de eerste berghut kwamen we, in de schemering, aan bij de volgende, totaal uitgeput en doorweekt. Niemand had nog mensen verwacht.
Ik kon niet ophouden met trillen.
Ze hebben ons met jenever en heel veel hete thee weer warm gekregen.

Twee weken lang had ik ongevoelige vingertoppen en pijnlijke knieen.

De volgende morgen hoorden we dat drie man van een groepje van vijf mensen dat wij onderweg waren tegengekomen en een beetje hadden uitgelachen ('ze hebben geeneens warme kleding bij zich') het niet overleefd hadden. Ze waren uitgeput en zijn doodgevroren, terwijl twee van hen hulp haalden.

Ik denk niet, dat ik ooit nog niet bang voor onweer zal zijn.

dinsdag 3 juli 2007

Wimbledon 2007

Beste Michaëlla Krajicek,
Wat goed dat je de kwartfinale van Wimbledon hebt gehaald! Volgens een sportverslaggever ben je de eerste die dat gelukt is sinds Brenda Schultz. Wat hij overigens verkeerd uitsprak, want ze is weliswaar geen Duitser, maar ze heeft wel een Duitse achternaam, dus het is ‘Sjoelts’, en geen ‘Sgults’. Jouw naam spreken we toch ook niet uit als ‘Krajiesek’, maar als ‘Krajetsjek’, terwijl je toch geen Tsjech bent...
Maar dat terzijde.

Eigenlijk vind ik wel dat je je haar (weer) moet laten groeien, of een wat hippere tennisjurk aan zou moeten trekken.
Want alléén goed kunnen spelen is natuurlijk niet genoeg voor teeveekijkers. Kijk maar eens naar Venus Williams, of Ana Ivanovic. En nee, ik ben geen chijle vieze man, maar een meisje en ja, ik heb ook kort haar en geen hippe outfit. Maar ik kan dan ook totaal niet tennissen en kom dus ook nooit op televisie.